Nationaal Park Lauwersmeer: land van eb en vloed
Publicatiedatum: 4 Januari 2011
Reporter: Albert Hendriks – Friesland Holland Nieuwsdienst – www.friesnieuws.nl
Markant Friesland Route
LAUWERSOOG (NL) – Tot de afsluiting van de Lauwerszee in 1969 zag Nationaal Park Lauwersmeer er net zo uit als de Waddenzee nu. Eb en vloed bepaalden het ritme. De Lauwerszee was een inham van de Waddenzee. Enkele eeuwen voor Christus vestigden de eerste mensen zich op de hoger gelegen delen in het landschap. De woonplekken werden verhoogd met grond, mest en afval. Zo ontstonden de aarden woonheuvels die in Friesland terpen en in Groningen wierden heten.
Bij overstromingen boden de steeds hoger wordende woonheuvels — soms wel 10 meter boven het maaiveld — bescherming tegen het hoge water. Door het groeiende aantal bewoners ontstond in de loop der tijd ruimtegebrek op de terpen. Monnikken begonnen vanuit kloosters in noordoost Friesland omstreeks 1000 met de aanleg van dijken om nieuwe lagere woonlocaties en landbouwgronden te beschermen. Er ontstonden polders met vruchtbaar land.
Al in 1600 wilde men de brede zeegeulen naar Dokkum en Groningen afsluiten, maar de scheepvaart naar deze steden was in die tijd een belangrijke bron van inkomsten. Nadat in 1717 een vloedgolf honderden slachtoffers maakte werd besloten het Dokkumerdiep af te sluiten met een sluis. Zo ontstond Dokkumer Nieuwe Zijlen. Zijl betekent sluis. Het Reitdiep, een grote, vier kilometer brede zeegeul, werd in 1877 bij Zoutkamp afgesloten. Vóór de afsluitingen waren eb en vloed tot in Dokkum en Groningen goed merkbaar.
Land winnen met slib
De Nederlandse Staat startte rond 1930 met grootschalige landaanwinningswerken: slibbezinkvelden van 400 bij 400 meter, met dammen en palenrijen verdeeld in vakken van 100 bij 100 meter. Greppels, die steeds weer uitgegraven moesten worden, en een opening in de rijshoutdam aan de zeezijde zorgden voor de afwatering. Door het woelige zeewater te temmen werd het meegevoerde slib in de vakken afgezet en gingen er kwelderplanten groeien. Toen de Lauwerszee in 1969 werd afgesloten, was een kleine 2000 hectare bedekt met landaanwinningswerken. Een groot deel daarvan is na de afsluiting in cultuur gebracht en in gebruik genomen als landbouwgrond.
Visserij
Met de afsluiting van de Lauwerszee in 1969 door een 13 km lange afsluitdijk met spuisluizen en een afsluitdijk (met de aanleg werd in 1961 begonnen) verhuisde de vissersvloot van Zoutkamp noodgedwongen naar Lauwersoog. Daar voeren de vissers nu dagelijks hun verse, aan boord gekookte garnalen aan. Eenmaal per jaar, op Vlaggetjesdag (Tweede Pinksterdag), doet de vloot de haven van Zoutkamp weer aan. In Zoutkamp is een interessant Visserijmuseum. Op het Lauwersmeer zijn nog maar een paar beroepsvissers actief.
Surfparadijs Lauwersmeer.
|
Nationaal Park
Na de afsluiting in 1969 van de zoute Lauwerszee moest het gebied ingericht en beheerd worden. 7.000 hectare lag “braak” als nieuw land, 2.000 hectare moest zoet open water worden. De hoogste, vruchtbaarste delen werden voor de landbouw gereserveerd; de rest kreeg de bestemming natuurgebied, militair oefenterrein en recreatiegebied. De natuurgebieden omvatten zo’n 5.000 hectare en zijn in beheer bij Staatsbosbeheer. Op 12 november 2003 kreeg het Lauwersmeer officieel de status van Nationaal Park.
In de deels Middeleeuwse kerk op de terp van Raard is het Oerka Irene Verbeek Museum gevestigd, een onderdeel van de Markant Friesland Route. Info: www.oerka.nl en www.markantfriesland.nl
|
Info: www.np-lauwersmeer.nl
www.markantfrieslandroute.nl