Groencentrum Witmarsum: ook voor toeristen een topattractie

Door Albert Hendriks, 24 april 2024

In Groencentrum Witmarsum maken stylisten, patissiers en barista’s niet de dienst uit, maar wel het verschil

WITMARSUM (NL) – Friesland telt aardig wat tuincentra — elke grote plaats heeft er wel een — maar één springt er duidelijk uit: het volkomen zelfstandige, niet bij een keten aangesloten Groencentrum Witmarsum B.V. van Sander Terpstra en zijn vrouw Johanneke Terpstra-Visser. In Witmarsum, uit het zicht van het doorgaande verkeer tussen Bolsward en Harlingen, buiten het dorp aan It Fliet, pal naast het monument van priester én reformator Menno Simons (1496-1561). Wel een heel mooi dorp, maar niet een locatie waar je een tuincentrum verwacht dat gevarieerder, veelzijdiger en bovenal gezelliger is dan vele andere kassencomplexen.

Groenondernemer Sander Terpstra van Groencentrum Witmarsum

Tuinspecialist en plantenkenner Sander Terpstra, opgeleid op de Middelbare Tuinbouwschool in Aalsmeer, kreeg in 2003 de kans om in het Friese dorp Witmarsum naar geheel eigen ideeën een tuincentrum op te zetten. Dat is inmiddels een zaak van formaat met een klantenkring die zich uitstrekt tot over de provinciegrens. Foto: © Albert Hendriks, Fries Nieuws.

Sander Terpstra, die als medewerker van bloemengroothandel Brandsma in Sneek in 2003 de toen nog vrij kleine kwekerij van zijn broodheer overnam — hij was er bedrijfsleider — zag een eigenzinnige groenkoers helemaal zitten. Hij, nu 49 jaar, 70 medewerkers achter hem en een dak van ruim 8.000 m2 boven hem, tuigde in stappen een uniek groencentrum op. Het onderscheidt zich op alle afdelingen van het gangbare.

De entree lijkt op een decorstuk uit een western, maar daarna stap je in een zee van planten, bloemen en tuindecoratie die zijn weerga niet kent. De zaak is een toeristische topattractie te noemen. Het toeval wil dat er naast het tuincentrum een mooi vakantiepark is verrezen, Landal Elfstedenhart. Het dorp ligt aan de Elfstedenroute, maar geen Elfstedenrijder die geattendeerd wordt op Terpstra’s ‘pretpark’. En dat zou toch niet gek zijn, want wat je helemáál niet vermoedt: midden in het kassencomplex bevindt zich een restaurant met een luxe patisserie die je nergens anders in Friesland aantreft.

Lees meer Groencentrum Witmarsum: ook voor toeristen een topattractie

Tom Waes in Makkum voor start bouw expeditieschip Zeilen Waes

Door Albert Hendriks, 22 april 2024

TV-presentator Tom Waes start bouw van zijn expeditieschip bij KM Yachtbuilders in Friesland op

MAKKUM (NL) – De Belgische TV-producent en –presentator Tom Waes windt er geen doekjes om: hij heeft na 25 jaar reisprogramma’s maken voor de Belgische en Nederlandse publieke omroepen wel een beetje een schuldgevoel wat betreft de door hem en zijn maten achtergelaten voetafdrukken. Die waren niet altijd even milieuvriendelijk, gezien de vele vliegreizen en expedities per auto. Anderzijds hoeven de kijkers zijn sporen niet te volgen, want zijn impressies van een land of streek zijn niet alleen vermakelijk en informatief, maar ook werkelijkheidsgetrouw gemonteerd en volledig. En soms zo gewaagd, dat het beter is dat je als geïnspireerde toerist-in-wording thuis blijft. Zo bekeken kun je stellen dat je dankzij zijn reisprogramma’s niet meer naar de getoonde verre bestemmingen hoeft: Waes was er al. Blijf milieubewust thuis en geniet.

Tom Waes wijst naar bouwnummer 113 op romp van zijn schip

De Belgische televisiemaker Tom Waes, in de Benelux bekend van zijn reisprogramma Reizen Waes, brandde bouwnummer 113 in zijn expedieschip Tethys. Dit zeilschip zal ingezet worden voor de nieuwe, meer maatschappelijk verantwoorde en bovenal milieuvriendelijke televisieserie Zeilen Waes. Waes nodigt ook wetenschappers op het vlak van ecologie en maritieme zaken uit om te participeren in zijn ontdekkingsreizen. Enkelen hebben al enthousiast gereageerd. De tv-producent tijdens een lezing op het open huis van KM Yachtbuilders: “Een zeilschip is dé plek om de klimaatproblematiek en mariene natuur en biodiversiteit voor het voetlicht te brengen. Zeilen Waes gaat geen pessimistisch verhaal ophangen, maar een die vooral jonge mensen inspireert. De laatste jaren hebben jongeren een hele klim gemaakt. Wij nemen hen bij wijze van spreken aan boord van de Tethys mee naar de oceaan, de moeder van de zee.” Foto: © Albert Hendriks, Fries Nieuws.

Lees meer Tom Waes in Makkum voor start bouw expeditieschip Zeilen Waes

Ten Veen Tweewielers investeert fors in expansie en top e-bikes

Door Albert Hendriks, 13 maart 2024

Fietsenmarkt kraakt en piept, maar Ten Veen Tweewielers investeert fors in expansie en hoogwaardige e-bikes

OLDEMARKT (NL) – Ambitie om nóg verder te groeien hebben Klaas ten Veen, zijn echtgenote Christien (beiden 56) en zoon Dylan (24) wel, maar binnen de grenzen van het normale van een flink familiebedrijf. Niet nóg meer fietsenwinkels naast die in Oldemarkt, Steenwijk en Wolvega, maar misschien één ervan, de nieuwe zaak aan de Weerdijk in Oldemarkt, laten expanderen in de geest van modezaak Rinsma in Gorredijk in het oosten van Friesland of Mijn Modewereld in De Wijk in Zuidwest-Drenthe. Of nog dichter bij huis: als woonboulevard Home Center.

Je gaat naar dit soort super shops vanwege de keuze uit een breed assortiment, van gewoon goed tot exclusief met een passend prijskaartje, en de gezelligheid en de sfeer van een toeristische attractie. Ze stralen een gastvrijheid uit waaraan het vaak schort in kleinere zaken. De genoemde mega speciaalzaken, ook familiebedrijven, entertainen potentiële kopers, omdat hun directe omgeving, een dorpscentrum, dat niet doet. Het zijn stand-alones die je in of nabij grote steden verwacht, maar niet op het platteland van Friesland en Drenthe. En uitgerekend dáár vind je Rinsma, Mijn Modewereld en Home Center, zaken wier invloed bijna tot Brabant reikt.

Familie Ten Veen in de nieuwe winkel in Oldemarkt

Dylan, Christien en Klaas ten Veen (v.l.n.r.) in de nieuwe winkel aan de Weerdijk in Oldemarkt. Foto : © Albert Hendriks, Fries Nieuws.

Duidelijk onafhankelijk

De jonge Dylan ten Veen ziet zoiets wel zitten met fietsen, maar ondertussen wil hij, zittend in de mooie ‘spreekkamer’ met zicht op de zeer sfeervol ingerichte winkel, niet dat het unieke karakter van hun aanpak verloren gaat.

“Wij zijn duidelijk en onafhankelijk. We doen directe handel met gerenommeerde fietsenfabrikanten in het binnen- en buitenland, maar we laten ons niet door hen de les lezen. Zo namen we drie jaar geleden afscheid van het Duitse merk Riese & Müller. Daarvoor kwam het Amerikaanse Specialized in de plaats, een merk dat bijvoorbeeld Koga van Accell in Heerenveen overtreft. De e-bikes van Specialized worden gekenmerkt door een gemodificeerde Brose motor die voor een heel natuurlijk fietsgedrag zorgt, een perfecte afmontage, een actueel design en een goede toegankelijkheid van de componenten, van belang voor onze monteurs. Als je als producent alleen op design focust, gaat het fout.”

Lees meer Ten Veen Tweewielers investeert fors in expansie en top e-bikes

Watersportbeurs Boot Holland in Leeuwarden boert achteruit

Door Albert Hendriks, 12 maart 2024

Watersportbeurs Boot Holland in Leeuwarden boert achteruit door onduidelijke koers

LEEUWARDEN (NL) – Een slotbericht van WTC Expo, waarin wel wordt gemeld dat er minder bezoekers van 6 tot en met 10 maart 2024 naar Boot Holland in Leeuwarden kwamen, maar niet hóeveel minder. Waarschijnlijk veel minder dan vorig jaar toen, volgens een zegsvrouw van de organisatie, 28.500 bezoekers naar het Friese expogebouw zouden zijn afgereisd. Naar verluidt zouden er dit jaar op de woensdag nog geen duizend bezoekers zijn geweest; een getal van 700 wordt zelfs genoemd. Het niet noemen van bezoekersaantallen is een zeldzaamheid in beurzenland en is geen goed teken. Een exposant, die veel tijd en geld in deelname steekt, moet weten hoe de vlag erbij hangt. Als de beursorganisatie niet transparant is over het aantal bezoekers, de herkomst en de mate van interesse, dan haken botenverkopers af. Een goed voorbeeld van grote openheid is de organisatie van boot Düsseldorf. 

Hal vol met sloepen en andere open boten

Een door Albert Hendriks van Fries Nieuws gemaakte impressie van de sfeervol aangeklede watersportbeurs Boot Holland, gemaakt op vrijdag 8 maart 2024.

Boot Holland was altijd de tentoonstelling die uitblonk in de presentatie van custom built stalen motorjachten, maar al wat nu de klok slaat zijn sloepen van polyester, soms aluminium, en andere open boten, zoals visboten en opblaasbare boten. Niks mis mee — ze trekken ook veel publiek — maar de zeer verschillende, naar wens van de klant ambachtelijk en traditioneel gebouwde jachten vormden dé attractie.

Lees meer Watersportbeurs Boot Holland in Leeuwarden boert achteruit

Wat maakt de Fries? Kunstenaars beelden het uit in Drachten.

Door Albert Hendriks, 26 februari 2024

Wat maakt de Fries? Kunstenaars beelden het uit in De Lawei in Drachten

DRACHTEN (NL) – Veertien voornamelijk in Friesland wonende en werkende beeldende kunstenaars laten van zaterdag 23 maart tot en met zondag 19 mei 2024 in kunstcentrum De Lawei in Drachten zien wat zij typisch Friesland vinden en wat een ‘echte’ Fries kenmerkt. Natuurlijk nemen ze het niet zo letterlijk als de beruchte ‘vrijheidsstrijder’ Grutte Pier uit Kimswerd: kop er af als je een rijmpje niet in het Fries kunt opzeggen.

Portretfoto van kunstenares Aafje Terlaak Poot - Haitsma in weiland.

Beeldend kunstenares Aafje Terlaak Poot-Haitsma uit Joure, één van de veertien exposanten op de tentoonstelling ‘Wat maakt de Fries?’ in De Lawei in Drachten.

Nee, kunstenaars als Aafje Terlaak Poot-Haitsma uit Joure (foto) gaan er losjes mee om op de bij curator Milena Bleeksma nu in de maak zijnde tentoonstelling. De happening heet ‘Wat maakt de Fries?’ Iemand die bijna net zoveel gewicht in de Friese identiteitsschaal legt als de laatmiddeleeuwse Farmers Defence Force kopman, boer Pier Gerlofs Donia (Grutte Pier, 1480-1520), zal de expositie openen: de politica en bestuurder Lutz Jacobi uit Ljouwert (Leeuwarden).

FRIA

‘Wat maakt de Fries?’ is tot stand gekomen in samenwerking met FRIA, de beroepsvereniging van Friese beeldend kunstenaars. FRIA werd opgericht in 1985 als vakbond om de belangen van de leden te behartigen en een gunstiger kunstklimaat te bevorderen in de provincie Fryslân. FRIA is uitgegroeid tot een levendige beroepsvereniging, die zich door middel van museumbezoek, workshops, interventie, exposities enz. inzet om de vakbekwaamheid en zichtbaarheid van haar leden te bevorderen. Momenteel telt de vereniging 68 aangesloten kunstenaars. Veertien van hen laten hun werk zien op de expositie in Drachten.

Meer info:

www.lawei.nl/pQnMlF3/expositie-wat-maakt-de-fries- (uitgebreide informatie over de deelnemende kunstenaars)

www.aafjeterlaakpoot.nl (een Friezin in hart en nieren, zegt ze)

Meer foto’s:

www.facebook.com/friesnieuws

Schaatsen in de winter in Friesland

Een paar werken van Aafje Terlaak Poot-Haitsma waarop zij uitbeeldt hoe zij Friesland beleeft.

Twee toeschouwers van ijspret in FrieslandFries landschap in de zomerHet Friese platteland in de zomer met boerderij

 

Frysk is in drege taal – Fries is niet makkelijk

Door Albert Hendriks, 22 februari 2024

Frysk is in drege taal – Fries is niet makkelijk

WOLVEGA (NL) – Woensdag 21 februari 2024 was de Internationale Dag van de Moedertaal. Hoe die in de Nedersaksische Stellingwerven (Gouden Friese Wouden) gevierd is onbekend, maar in de Leeuwarder Courant met een taalquizje. Redacteur Albert Hendriks van Fries Nieuws werd erop geattendeerd door Facebookvriend Gerben Wijnja, leraar, windmolenkenner en schrijver over monumentale windkracht uit Bolsward.

Veelzijdige handtas Frysk van Fries Nieuws

De ‘Frysk’ handy multi purpose storage bag, in dit geval als cameratas van de redactie van Fries Nieuws aan boord van een sloep. Fries Nieuws is het online magazine over recreatie, toerisme, winkelen, uitgaan en bedrijven in Friesland en omgeving. Gouden Tips attenderen je op speciale aanbiedingen, evenementen, shows en acties. Foto: © Albert Hendriks, Friesland Holland Nieuwsdienst.

Hendriks: “Op zijn advies heb ik aan het vragenspel meegedaan en zag woorden die ik nog nooit gehoord of gelezen had. Van vijf van de elf Friese woorden — in Fryslân tellen ze nooit tot tien, maar altijd tot elf — wist ik niet de juiste betekenis. Een vette teleurstelling. Ik ben van geboorte weliswaar een Drent, maar veeltalig en in de Noordoostpolder, waar ik opgroeide, in ‘it Frysk’ onderwezen door Friestalige buren. Die hebben bepaalde woorden blijkbaar nooit gebruikt, anders had ik niet zoveel fout, toch? Het moet 70 jaar geleden in de polder altijd mooi weer zijn geweest, of ze hadden altijd de kachel aan, want ik heb ze nooit zien ‘rydboskje’ (rillen) bijvoorbeeld. Maar wel ‘himmelje’ (schoonmaken). Ik dacht met mijn vrij uitgebreide kennis van de Duitse taal dat ‘feralterearre’ verouderd zou betekenen, maar het staat voor ontdaan. En heeft u ooit een kok over een ‘ûne’ gehoord? Wel oen, maar ‘ûne’? Het is de oven, aldus de oplossing in de Leeuwarder Courant, een dag later.”

Memmetaal  

“In contact met Hollanders komt mijn tweede ‘memmetaal’ ook geregeld aan de orde, maar dan heb je heel wat uit te leggen. Het begint al met ‘memmetaal’, dat niet de taal van een stel Amsterdamse memmen (borsten) is, maar de huistaal van je moeder. Maar heel raar is de gedachte ook weer niet. Ook zoiets: veel toeristen denken dat mensen die aan de Fûgelikkers in Workum wonen, voegenlikkers of zoiets zijn. Maar een ‘fûgelikker’ is een vogelakker of –weide”

Ark en harkje

“Kijk uit als je als gepensioneerde randstedeling, die net met stacaravan en al van de camping is geschoven, naarstig op zoek bent naar een woning en je voor een prikkie ‘ark’ aangeboden wordt. Het is Fries voor gereedschap! In dit verband is het ook goed om te weten dat ‘harkje’ voor luisteren staat. Mocht u het geklepper van uw vrouw de ooievaar zat zijn, zeg dan ‘Earrebarre, ik harkje net mear nei dy!” Als zij een echte Friezin is, heb je ‘spul’ (flinke ruzie). En ze gaat zeker niet meer voor je ‘itensiede’ (koken) en kun je de lokale maatijdbezorger ‘skilje’ (bellen).”

Meer info:

www.afuk.frl

www.frysker.nl/oersetter

Meer foto’s:

www.facebook.com/friesnieuws

Dankzij Friese prins heeft Diever een schitterend museum

Door Albert Hendriks, 21 februari 2024

Ingrijpen door ‘Prins van Vriesland’ leverde Diever orde en gezag én een uniek museum op

DIEVER (NL) – Een wonderbaarlijke ontdekking: een Friese graaf redde in de 16-de eeuw Diever van de ondergang. Twee tegeltableaus in het OERmuseum van het brinkdorp in Zuidwest-Drenthe attenderen je erop. Het museum is ondergebracht in het Schultehuus, het laatmiddeleeuwse onderkomen van de schulte. Die man was alles in één: een soort stamhoofd (burgemeester als u wilt), rechter, notaris en een grote boer met zeggenschap. De eerste was Berend Ketel, in 1596 aangesteld door Graaf Willem Lodewijk van Nassau, stadhouder van Friesland en ommelanden, thuisbasis Leeuwarden.

Mammoet

Het OERmuseum in Diever (Drenthe) is gehuisvest in het in 1604 gebouwde Schultehuus, de voorloper van het gemeentehuis, de rechtbank en het Kadaster. Foto: © Albert Hendriks, Fries Nieuws.

Een zootje ongeregeld had februari 1582 Diever en omstreken platgebrand. De Friese prins, later van Oranje-Nassau, was klaar met het gedonder aan de grens. Hij schopte de Spanjaarden van de hei en wist aldoende, in combinatie met het benoemen van betrouwbare ‘ambtenaren’, de orde aan de Drentse kant van de Friese grens te herstellen. Dat was in de Tachtigjarige Oorlog, een mega opstand van de bekende Zeventien Provinciën tegen Spaanse koningen, een strijd die begon met de bestorming van katholieke gebouwen door protestanten, de Beeldenstorm.

Lees meer Dankzij Friese prins heeft Diever een schitterend museum

Sint Piter. In Grou vieren ze in februari Sinterklaas!

Door Albert Hendriks, 7 en 10 februari 2024

Het mysterie van Grou. Waarom vieren ze in Fries waterdorp in februari Sinterklaas? Een zoektocht.

GROU (NL) – Begin februari 2024, na vijven, tracht de heengaande zon het centrum van het Friese watersportdorp Grou in het donker te laten verdwijnen. Maar er is verzet in de Middeleeuwse steegjes — die verhoudingsgewijs op wonderlijk grote pleinen uitkomen — en langs de kaden: romantische straatverlichting. Zo vinden vreemde gasten zeker de weg naar de boetiekachtige winkels, kroegen en restaurants. Grousters hebben geen verlichting nodig. Zij vinden de weg en hun dorpsgenoten wel op de tast.

Sint Piter als Sinterklaas met Aldemar (voorheen Zwarte Piet) op de boot uit Spanje

De intocht van Sint Piter in Grou op zaterdagmorgen 10 februari 2024. De boot komt altijd om 10.30 uur aan bij de Nieuwe Kade bij Hotel Oostergo. © Albert Hendriks Friesland Holland Nieuwsdienst

Raar maar waar, er loopt geen kip op de klinkers! Wind- en doodstil is het. Straat- en kamerlampen stralen uitnodigend vorstelijk oranje licht uit, maar geen mens te zien in de schijnsels. Toch! Twee medewerksters van bakker Marten Boonstra. Ze begroeten de binnentredende verslaggever van Fries Nieuws vrolijk. Tot ze de camera zien. In de mooie zaak wordt op een prominente plek Sint Piter banket gepresenteerd: een klomp met een wortel en wat lekkers dat op gekleurde schuimbeton lijkt. Zijn ze hier toch de weg kwijt, ondanks de vele lantaarns, waaraan op verscheidene plekken rode pakjes hangen? Vieren jullie drie maanden later dan elders in Nederland nú Sinterklaas?

De dames, niet de jongsten, lijken maandenlang geen buitenlander te hebben gezien. Het is winter. Ze moeten er even inkomen als ‘de toerist’ vraagt wat die wortel in de klomp te betekenen heeft. En waarom ze zwarte hoedjes met een ouderwetse lasbril verkopen? En sprookjesboeken ‘It grutte Sinter Piter ferhaleboek’.

Schuchter en schichtig verdwijnt het verkoopstel achter de barricaden. Als de reporter, op zoek naar Friese eigenaardigheden, vraagt of ze met de zwarte klomp, het hoedje en de ‘duikbril’ op de foto willen om hun handel te promoten, is het antwoord: “Geen sprake van.” Hij krijgt het food, eigenlijk meer non-food, voor zich gezet alsof hij het paard van Sinterklaas is. En ze verdwijnen weer in de catacomben. Het is bijna sluitingstijd. En pakjesavond, zo blijkt later, maar alleen bij de bakker.

Lees meer Sint Piter. In Grou vieren ze in februari Sinterklaas!

Stinzenflora: Friesland is dit voorjaar weer botanische hotspot

Door Albert Hendriks, 6 februari 2024

Stinzenflora: Friesland is weer botanische hotspot

IJSBRECHTUM (NL) – Botanici en andere bloemen- en natuurliefhebbers krijgen weer jeuk nu de eerste stinzenplanten weer de kop vrolijk en wel opsteken. Als het voorjaar in Friesland is komen op diverse oude landgoederen (terreinen van Friese kasteeltjes, staten en stinzen), in pastorietuinen en landschapsparken en op erven van oude boerderijen iedere dag meer wilde bostulpen, sneeuwklokjes, krokussen, holwortels, winterakonieten, haarlems klokkenspellen en adderwortels in bloei.

Maar wanneer moet je waar zijn? Vanaf 10 februari 2024 biedt de website www.stinzenflora-monitor.nl het overzicht van bloeiende stinzenplanten op locaties in Fryslân, Groningen en zelfs Noordwest Duitsland.

Kasteel met bloemen: stinzenflora

De bostulp in bloei in de tuin van slot Epema State in Ysbrechtum. Foto: Stinze-Stiens.

Adellijke planten

De naam stinzenplant is ontstaan in Feanwâlden (Veenwouden) tussen Burgum en Dokkum. Daar staat nog een restant van de enige Friese stins, een dikke vierkante stenen verdedigings- en opslagtoren. Daar bloeit al eeuwenlang, waarschijnlijk al vanaf 1300, een scala aan verschillende soorten ‘stinzenblomkes’, van massaal voorkomende sneeuwklokjes en krokussen tot de bijzondere soorten zoals holwortel, kievitsbloem, Oosterse sterhyacinten, dichtersnarcissen en het Haarlems klokkenspel aan toe.

Lees meer Stinzenflora: Friesland is dit voorjaar weer botanische hotspot

In het spoor van paupers: Nationaal Vlechtmuseum Noordwolde

Door Albert Hendriks, 21 januari 2024

Luchtige meubelen van Jan des Bouvrie en andere designers in eens armoedig Fries vlechtdorp

NOORDWOLDE-FRIESLAND (NL) – Met name in het westen van Drenthe, maar ook in het oosten van Friesland, word je in musea geconfronteerd met het woord pauper. Met paupers worden arme sloebers en wezen uit het westen van Nederland bedoeld. Ongemanierd volk in de ogen van hen die het veel beter hadden. Ze werden 200 jaar geleden naar het noorden gezonden voor een soort heropvoeding op de heide, in de koloniën van de Maatschappij van Weldadigheid, nu UNESCO Werelderfgoed.

Vlechtmuseum Noordwolde

In het spoor van paupers: een impressie van het Nationaal Vlechtmuseum in het Friese Noordwolde. Foto’s: © Albert Hendriks, Friesland Holland Nieuwsdienst.

De paupers werden voorafgegaan door in plaggenhutten levende turfgravers. Armoede en uitbuiting, eeuwenlang. De weg naar enige welstand was lang, hetgeen te zien is in het Nationaal Vlechtmuseum Noordwolde in het Zuid-Friese Noordwolde. In dit dorp in de Gouden Friese Wouden, vlakbij Nationaal Park Drents-Friese Wold en het Drentse Frederiksoord, waar zich het bezoekerscentrum van de Koloniën van Weldadigheid bevindt, waren de inwoners na de turftijd, vanaf ongeveer 1850 tot halverwege de 20-ste eeuw, bijna allemaal druk met het vlechten van manden, wiegen en meubelen. Eerst van in de omgeving aanwezige wilgenteen en biezen, later van rotan uit Indonesië en andere landen met tropische regenwouden.

De kern van de rotanstengels is massief, dit in tegenstelling tot bamboe. Het buigzame en duurzame ‘riet’ uit de tropen werd ook versneden in verschillende diktematen en werd dan rotan-pit of pitriet genoemd. De sterke buitenlaag van de rotanstengels, rotanscheen, sneed men in verschillende breedtematen om onder andere te gebruiken als wikkelband en als vlechtband voor matwerk voor de stoelzittingen en leuningen.

Lees meer In het spoor van paupers: Nationaal Vlechtmuseum Noordwolde