Judy Hoomans over Polderhoofdkanaal: Geen succesvolle natuurcompensatie

Tegenpartij kanaalkwestie reageert op artikel op Fries Nieuws

Judy Hoomans over Polderhoofdkanaal:
Geen succesvolle natuurcompensatie

NIJ BEETS (NL) – Mevrouw Judy Hoomans, de bekende tegenpartij van de provincie Fryslân en de gemeente Opsterland inzake het Polderhoofdkanaal, eiste 12 november 2018 van journalist Albert Hendriks dat hij zijn visie op de trammelant rond het kanaal tussen Nij Beets en De Veenhoop op www.friesnieuws.nl bijstelt. De in Nij Beets wonende homeopate en acupuncturiste beschuldigt de schrijver uit Wolvega van lasterlijke taal. Hendriks, ook directeur van het bureau voor toerisme Friesland Holland, vindt dat er niets te rectificeren en te corrigeren valt en neemt zijn mening niet terug. Hij bood haar wel aan haar kijk op de al jaren spelende miljoenenkwestie te geven op Fries Nieuws. Zij nam dat aanbod aan. Hieronder haar “verweer”.

Het Polderhoofdkanaal: een gebed zonder einde.

De visie van mevrouw Hoomans:
“Niet is gebleken dat de teruggang in aantal bootjes komt door rechtszaken over het Polderhoofdkanaal. De bewering op uw site mist een deugdelijke onderbouwing en is bezijden de feiten. En het is ook niet wat de door u aangehaalde journalist stelt in de Leeuwarder Courant. Ook dat natuur, milieu en economie schade lijden is niet onderbouwd en nergens uit gebleken. Integendeel. Door de ontheffing halfbakken uit te voeren, loopt de natuur schade en het milieu raakt overbelast met meststoffen. Ook niet leuk voor mensen die bootje varen, als ze door algenflab heen moeten ploeteren op termijn.

Lees meer Judy Hoomans over Polderhoofdkanaal: Geen succesvolle natuurcompensatie

Dankzij oplettende aannemer is Friese gemeente veel goedkoper uit en ook nog duurzaam bezig

Oud hout is goud

Voor de Waterpoort in Sneek komen nieuwe remmingwerken. Van het oude hout (voorgrond) van de bootgeleiders maakt aannemer Stienstra & Van der Wal een nieuwe aanlegsteiger bij houtzaagmolen De Rat in IJlst.

IJLST (NL) – Vorige week zijn de oude palen en het hout van de remmingwerken bij de Waterpoort in Sneek door de gemeente Súdwest-Fryslân weggehaald. Remmingwerken zijn houtconstructies die boten door een brug geleiden. Het hout is niet meer geschikt om aanvaringen met schepen op te vangen, maar blijkt nog wel heel geschikt voor het vervangen van een steiger bij houtzaagmolen De Rat in IJlst.

Aannemer Stienstra & Van der Wal, gevestigd in hout- en Elfstedenstad IJlst, kreeg de opdracht die aanlegvoorziening te vervangen en stelde voor hiervoor het kwalitatief nog goede hout van de remmingwerken te gebruiken. De kosten van de IJlster steiger vallen hierdoor 30 procent lager uit ten opzichte van de offerte met nieuwe materialen. Het hout wordt door molenaar Simon Jellema van De Rat gezaagd tot bruikbare constructiedelen.
Bij het vervangen van de remmingwerken kwam overigens meer hout vrij dan voor de steiger nodig is. Dit hout wordt opgeslagen, zodat het later voor andere projecten kan worden gebruikt. “Wij zijn blij met het initiatief van de aannemer. Op deze manier dragen we ook in de waterbouw bij aan een duurzame gemeente,” aldus wethouder Mark de Man van Súdwest-Fryslân.

Lees meer Dankzij oplettende aannemer is Friese gemeente veel goedkoper uit en ook nog duurzaam bezig

Tastbare geschiedenis van zuivelcoöperaties in Fries Landbouwmuseum

In eeuw tijd stopten in Friesland bijna 150 zuivelfabrieken

LEEUWARDEN (NL) – De grote collectie herinneringen aan de Friese zuivelcoöperatie Frico van verzamelaar Robert Visser gaat naar het Fries Landbouwmuseum. De verzameling, die uit een paar duizend voorwerpen bestaat, komt in permanente bruikleen. Het museum gaat de komende jaren samen met de heer Visser de unieke verzameling documenteren en digitaliseren.

Emaille reclamebordje van de voormalige kaas- en roomboterfabriek ‘Sloten’ in het Elfstedenstadje Sloten, sinds 1 september 2016 Trouw Nutrition, waartoe ‘Sloten’ sinds 2006 behoort. Trouw Nutrition is een wereldwijde speler op het gebied van speciaalvoer en premixen. ‘Sloten’ bestaat als melkpoederfabriek sinds 1958, producent van bekende kalvermelkproducten als Nuklospray en Sprayfo. Trouw Nutrition bestaat sinds 1931 en is onderdeel van Nutreco, een wereldwijd opererend veevoerbedrijf. Foto: Albert Hendriks Friesland Holland Nieuwsdienst.

Aanleiding voor de overdracht is de presentatie van het nieuwe boek over zuivelfabrieken in Friesland dat morgen, zaterdag 10 november 2018, officieel wordt gepresenteerd in het Fries Landbouwmuseum. De fabrieksfoto’s van Visser zijn een belangrijk onderdeel daarvan. Hij verzamelt al jaren objecten die te maken hebben met de Friese zuivelgeschiedenis en dan met name over melkfabrieken. Zijn collectie bestaat uit onder meer prentbriefkaarten en afbeeldingen van bijna alle zuivelfabrieken in Friesland, documenten, verpakkingsmaterialen, gadgets, reclamematerialen en zo voort. Hij kon deze verzameling opbouwen omdat in de periode dat hij interesse kreeg voor zuivelgeschiedenis, talloze melkfabrieken de deuren sloten. Daarnaast kreeg hij voorwerpen door schenkingen. Directeur Henk Dijkstra van het museum zegt erg ingenomen te zijnmet de overdracht. “Dankzij de inspanningen van Visser is een prachtige historische collectie bijeengebracht die uniek is in ons land.”

Lees meer Tastbare geschiedenis van zuivelcoöperaties in Fries Landbouwmuseum

Wellekom Watersport in handen van medewerker Michel van ‘t Blik

Woudsender jachtverhuurbedrijf groeit ieder jaar

Nicolette Sanders en haar nieuwe baas, Michel van ’t Blik, in de als havencafé ingerichte receptie van watersportonderneming Wellekom in Woudsend.

WOUDSEND (NL) – Wellekom Watersport in Woudsend is 1 november 2018 in andere handen overgegaan. Ronald en Nicolette Sanders deden hun verhuurbedrijf van platbodems, polyvalken, kajuitzeiljachten en sloepen over aan hun medewerker Michel van ’t Blik.

Hij, nog maar 24, maar inmiddels een veelzijdige vakman, werkt al tien jaar bij de familie. Mevrouw Sanders blijft aan de zaak verbonden voor receptionele en administratieve zaken en haar man, die al jaren veel last van zijn rug heeft, zal indien nodig adviseren. De uit Tiel in de Betuwe afkomstige Sanders blijven eigenaar van het omvanrijke vastgoed, waartoe naast de service- en stallingshallen, ook een 65 ligplaatsen omvattende jachthaven behoort. Een twintigtal boxen zijn voor de verhuurvloot, de overige plekken zijn verhuurd aan vaste gasten. De exploitatie van de haven en de hallen, en het terrein met plaats voor 70 schepen op bokken, komt ook in handen van Michel. Om de groei van het bedrijf mogelijk te maken, heeft hij ook ligplaatsen bij de buren gehuurd.

Lees meer Wellekom Watersport in handen van medewerker Michel van ‘t Blik

Veel minder boten op Polderhoofdkanaal en Turfroute

Twisten en laksheid doen oostelijk Friesland geen goed

Turfroute: Oosterwolde.

NIJ BEETS (NL) – De Friese Turfroute en het Polderhoofdkanaal, de vaart die Zuid-Oost Friesland met Nationaal Park De Alde Feanen verbindt, zijn continu het onderwerp van twisten. Enerzijds tussen overheden, goedwillende vrijwilligers en wethouders die hun regio aantrekkelijker willen maken voor streekbewoners en toeristen en anderzijds enkelingen die regels belangrijker lijken te vinden dan de geest van de wet waartoe ze behoren. Al doende berokkenen ze natuur, milieu en de economie schade. En dan hebben we het niet eens over het gedoe rond de ontwikkeling van Appelscha, al boert die plaats gelukkig niet achteruit dankzij een handvol stug volhoudende innoverende ondernemers.

In het project Polderhoofdkanaal is ondertussen 18 miljoen euro meer gepompt dan de twee miljoen die nodig was voor het weer in ere herstellen van de twee toegangssluizen. Dit zegt wethouder Rob Jonkman (CU) van de gemeente Opsterland in de Leeuwarder Courant van 3 november 2018. 18 Miljoen extra voor het opkrikken van de natuurwaarden, een aantoonbaar succesvolle investering. Maar nog steeds meldt zich een “protestant” bij de rechtbank. En die vindt daar ook steeds gehoor.

Lees meer Veel minder boten op Polderhoofdkanaal en Turfroute

Fries Blauw als tapijt in zalen van Van der Valk Exclusief

Harlinger Aardewerk bron van inspiratie

De lobby met Fries Blauw tapijt op de eerste verdieping van hotel Van der Valk Exclusief in Wolvega. Foto: Albert Hendriks Friesland Holland Nieuwsdienst.

WOLVEGA/HARLINGEN (NL) – In de lobby en de vernieuwde zalen op de eerste verdieping van Van der Valk Exclusief in Wolvega ligt bijzonder tapijt: Fries Blauw. Het is een grote knipoog van directeur Henk Matser en zijn Engelse designer richting Harlingen. De ontwerper liet zich overigens ook inspireren door Delfts aardewerk.

De Friese havenstad genoot vanaf eind 16de eeuw, net als Delft, een uitstekende reputatie op het gebied van blauw versierd aardewerk. De klei in de omgeving van Harlingen, maar ook nabij andere Friese plaatsen, zoals Makkum, was zeer geschikt om er aardewerk en tegels van te maken. Miljoenen tegels en vele duizenden schotels en ander aardewerk vonden een bestemming in Noord-Europa. De bakermat van de Friese aardewerkindustrie ligt in Harlingen. Hier werd aanvankelijk de veelkleurige majolicatechniek gebruikt en later werd er ook tin-glazuuraardewerk gefabriceerd. Het Harlinger aardewerk werd niet zo beroemd als dat uit Delft, en ook niet zo massaal geproduceerd, maar behield zijn reputatie tot op de dag van vandaag: hoogwaardig en exclusief. Rikus Oswald van de Harlinger Aardewerk en Tegelfabriek is tegenwoordig de producent. Aan de Voorstraat in de binnenstad van Harlingen, op nummer 84, worden de producten in een soort experiencecenter tentoongesteld. Grote opdrachten en exclusief maatwerk worden op het bedrijventerrein van Harlingen uitgevoerd.

Frisian pottery and tiles experience center
In Harlingen staat de laatste aardewerkfabriek van Nederland waar op originele ambachtelijke wijze nog tegels en servies worden vervaardigd: de Harlinger Aardewerk en Tegelfabriek van de familie Oswald. Met de zogenaamde majolicatechniek wordt daar ambachtelijk aardewerk gemaakt dat tot ver over de landsgrenzen faam geniet. Iedereen kent Delfts Blauw en het Makkumer Aardewerk, maar volgens de Harlingers ligt de bakermat van Fries Aardewerk aantoonbaar in Harlingen. De productie is nog steeds in volle glorie te beleven, in de fabriek voor opdrachtgevers en voor toeristen in het nieuwe belevingscentrum aan de Voorstraat.

Om dit cultureel en ambachtelijk vervaardigd erfgoed aan de Friese kust en voor Harlingen in stand te houden en te laten beleven, is de Stichting Fries Blauw opgericht. Die heeft in de oude fabriek in het historische centrum van Harlingen het belevingscentrum geopend. Hier kan het ambacht, zoals het al eeuwen wordt uitgevoerd, worden beleefd. Men kan er zelf een tegel op de originele majolicawijze maken.

De Harlinger Aardewerk- en Tegelfabriek is in 2011 verhuisd naar een industrieterrein aan de rand van de stad. Zodoende kwam de oude fabriek beschikbaar voor een ambachtelijke en cultuurhistorische ervaring, een ‘pottery and tiles experience center’.

Harlingen bakermat Fries Aardewerk
Sinds het laatste decennium van de 16e eeuw is er in Harlingen aardewerk en tegelgoed gebakken. Al in 1598 is melding gemaakt van oprichting van een ‘Gleybackery’ van Steffen Gunter de Olde in de Raamstraat in Harlingen. Bij de vondst van de ovenfundamenten van deze eerste fabriek werd bij opgravingen in 1987 schotelgoed teruggevonden met het jaartal 1614 erop. Het laat de vroege productie in de havenstad zien. Bijzonder bij deze vondst was het feit dat het de oudste gedateerde Friese majolica betreft. In de eeuwen daarop breidde de productie en daarmee het aantal werkplaatsen en fabrieken gestaag uit met in de hoogtijdagen tegelijkertijd zo’n zes naast elkaar opererende productielocaties op verschillende plaatsen in en rond de stad.

Door de gunstige ligging aan zee groeide Harlingen uit tot een belangrijke zeehavenstad. Het Harlinger aardewerk en tegelgoed werd daardoor ook een belangrijk exportproduct. Doordat de grondstof – de Friese klei – in de directe omgeving voor het oprapen lag, werd het ambachtelijk vervaardigde aardewerk een begrip tot ver buiten de landsgrenzen. Veel van de oude tegels zijn nog altijd aanwezig in oude huizen, boerderijen, monumenten en in musea in binnen- en buitenland.
De aanwezigheid van de belangrijkste grondstof (klei) en de ligging aan zee waardoor er goede aanvoer- en uitvoermogelijkheden waren voor grondstoffen en eindproducten, speelden een cruciale rol in de ontwikkeling van de bedrijfstak.

Belangrijke werkplaatsen in Harlingen door de eeuwen heen:
• Pytter Grauda ca. 1670
• Familie Spannenburg 1728-1804
• Familie Feytema ca. 1685-1781
• Familie Tjallingii 1781-1910
• Familie Van Hulst 1850-1933

In de periodes tussen het begin van de eerste productie en de sluiting van de laatste fabriek in 1933 zijn in een groot exportgebied miljoenen tegels afgezet van meestal zeer hoge kwaliteit. Enkele beroemde namen van schilders zijn Dirk Danser (1708-1770), Pytter Ruurds (1754-1800) en Pals Karsten (ca. 1723 tot na 1775). Sommige schilders waren eigenaar van een tichelwerk, andere waren in dienst van fabrikanten als Spannenburg, Tjallingii en Van Hulst.
Pals Karsten was werkzaam in de fabriek van de familie Spannenburg en werd beroemd om zijn prachtige en zeer eigen stijl met veel aandacht voor de detaillering in de schilderkunst van bloemen- en scheepstableaus. Na het sluiten van de laatste fabriek van de Firma Van Hulst in 1933 en de daarmee gepaard gaande archiefvernietiging is er tot 1974 geen ambachtelijk productie van aardewerk en tegels geweest in Harlingen.

Harlinger aardewerk ten onrechte als Makkumer bestempeld
In de directe omgeving van Harlingen, Bolsward en Makkum, werden in die vijf eeuwen – 16e tot en met de 20ste eeuw – in kleinere hoeveelheden en in een veel geringer aantal werkplaatsen en fabrieken ook aardewerk en tegels geproduceerd. Ook in Lemmer en Workum. In Makkum werd door de familie Tichelaar tot in 2014 ambachtelijk aardewerk geproduceerd. De productie was echter vanwege het geringe aantal fabrieken, hooguit twee, van de 17detot en met 20ste eeuw bij lange na lang niet zo omvangrijk als de Harlinger productie. In de historische beschrijving van de vele in Duitsland, de Scandinavische landen, de Baltische staten en Rusland aanwezige tableaus is tussen 1930 en 1974 een groot aantal daarvan gemakshalve, en door het ontbreken van de mogelijkheden voor goed onderzoek, als Makkumer tegels bestempeld.
De afgelopen jaren is door beter onderzoek, mede mogelijk gemaakt door de Stichting Fries Aardewerk, daar verandering in gekomen en is er een duidelijker beeld naar voren gekomen van de grote Harlinger productie.
Ook de laatste Harlinger productie van de Firma Van Hulst tussen 1850-1933 is – met invloeden van Art-Deco en Jugendstil – in dit stadium nog zwaar onderbelicht. Bij een korte voorinventarisatie, gestoeld op vakwerk en kort internationaal onderzoek bij een aantal bronnen, blijkt dat die periode niet alleen kwantitatief, maar ook kwalitatief een uiterst hoogwaardige productie heeft opgeleverd.

Erfgoed gered
Veertig jaar na het sluiten van de fabriek van Van Hulst wordt de basis gelegd voor de verdere ontwikkeling van Harlinger aardewerk en tegels. Na de aankoop van het pand Zoutsloot 53 stuiten de nieuwe bewoners, Henk en Maaike Oswald, tijdens de restauratie van het pand op talloze majolicavondsten achter het behang en in dichtgestorte kelders en waterputten. De interesse voor het Harlinger aardewerk is gewekt! Vervolgstudie in Museum Hannemahuis leidde tot het archiveren van het historisch slechts schaars aanwezige sponzen- en archiefmateriaal.
Samenwerking met keramist Hubert de Haas – verantwoordelijk voor het reconstrueren van de historische receptuur – leidde in 1972 tot de oprichting van de Harlinger Aardewerk & Tegelfabriek. De productie van aardewerk en tegelgoed is heden identiek aan die van de historische voorgangers, met als enig verschil de ouderdom. Met het handhaven van het eeuwenoude proces kunnen de nieuwe producten op dezelfde manier in de wand worden verwerkt en ‘koud gezet’ oftewel praktisch zonder voeg.

De lobby met Fries Blauw tapijt op de eerste verdieping van hotel Van der Valk Exclusief in Wolvega. Foto: Albert Hendriks Friesland Holland Nieuwsdienst.

Een van de zalen van Van der Valk met Fries Blauw op de vloer. Foto: Albert Hendriks Friesland Holland Nieuwsdienst.

Rikus Oswald produceert nog steeds authentiek Harlinger Aardewerk volgens de zestiende en zeventiende eeuwse methode. Foto: Albert Hendriks Friesland Holland Nieuwsdienst.

Productie van Harlinger Aardewerk. Foto’s: Albert Hendriks Friesland Holland Nieuwsdienst

Het Harlinger aarderwerkbelevingscentrum aan de Voorstraat in Harlingen. Foto’s: Albert Hendriks Friesland Holland Nieuwsdienst

Harlinger Aardewerk. Foto’s: Stichting Fries Blauw, Joachim de Ruiter.

Hotel-restaurant Van der Valk Exclusief aan de A32 in Wolvega in het zuiden van Friesland.

Meer informatie:
www.hotelwolvega.nl
www.harlinger.nl
www.hannemahuis.nl

Friesland Holland Travel Guide & Tourist Atlas en kaart bestellen?
www.frieslandhollandwebshop.nl

Vakantiebestemming Friesland Holland (Best in Travel 2018 volgens Lonely Planet):
www.provinciefriesland.frl

Arrangementen van bureau voor toerisme van Fryslân:
www.frieslandtravel.com
www.frieslandfietsvakanties.com

Gratis abonnement op Fries Nieuws:
Kosteloos abonnement op wekelijkse nieuwsbrief over toerisme, recreatie en evenementen in Friesland: hwww.friesnieuws.nl/aanmelden-nieuwsbrief

 

Kraanbedrijf KTF laat De Witte Swaen te water

Friesland heeft nu drie historische “expeditieschepen” in de vaart

Kraanbedrijf KTF liet De Witte Swaen van Harlingen 27 oktober 2018 voorzichtig in het water zakken. Daarna werd de boot aan de Dokkade afgemeerd. De afbouw van het schip vergt nog minstens een jaar.

HARLINGEN (NL) – Het Harlinger kraanbedrijf KTF heeft zaterdag 27 oktober 2018 in de stromende regen de 65 ton wegende eikenhouten replica van Willem Barentsz’ poolexpeditieschip in Harlingen te water gelaten. Het door Prinses Margriet bij zonneschijn gedoopte schip, De Witte Swaen, ligt nu in het Dok (aan de Dokkade), vlakbij de Nieuwe Willemshaven, waaraan sinds 2010 door vrijwilligers is gewerkt.

De masten, ra’s en zeilen moeten er nog op. Eind volgend jaar is De Witte Swaen zeilklaar.
Willem Barentsz probeerde in 1596 een noordelijke doorvaart, over de Noordpool, naar Azië te ontdekken. Hij en de zestien andere bemanningsleden strandden op Nova Zembla en moesten daar overwinteren om in 1597 huiswaarts te keren.

Lees meer Kraanbedrijf KTF laat De Witte Swaen te water

Heerlijkheid De Eese en de Woldberg: fietsparadijs tussen Wolvega en Steenwijk

De ene verrassing na de andere op de grens van Friesland en Overijssel

Heerlijkheid De Eese en de Woldberg:
fietsparadijs tussen Wolvega en Steenwijk

Huis De Eese (1619), het kasteel, is een Rijksmonument. De vierkante kern van landgoed de Eese, circa 80 ha, is ook een beschermd rijksmonument, een zogenaamde Cultuurhistorische Buitenplaats. Landgoed De Eese heeft zich ontwikkeld uit een ridderlijke havezate, een versterkte boerderij. In de vijftiende eeuw waren de heren van Kuinre eigenaar van De Eese. Aan hen herinnert de ruïne van een kleine burcht in het Kuinderbos bij Kuinre. Diverse adellijke families bezaten daarna De Eese. Herman van Karnebeek, van 1918 tot 1927 minister van Buitenlandse Zaken, kocht het landgoed in 1923 van Onnes van Nijenrode.

WOLVEGA/STEENWIJK (NL) – Landgoed De Eese is een bijzonder fraai Middeleeuws landgoed ten noorden van de vestingstad Steenwijk, pal tegen de zuidgrens van Friesland. Velen hebben er geen weet van en laten het, rijdend op de A32, links of rechts liggen. Het parkachtige en licht glooiende boscomplex is doorsneden met magnifieke lanen en slingerende paden en vormt een geheel met de Woldberg van Staatsbosbeheer aan de zuidkant. Heuveltje op, heuveltje af. Hier en daar denk je in een oerbos te zijn. De historische bospercelen worden meermalen onderbroken door voormalige en nog als zodanig in gebruik zijnde landbouwgronden.

Rondom De Eese ligt een tot ver over de provinciegrens reikende brede zoom van groene weiden met historische boomwallen en zandpaden. Voor een uitgebreide kennismaking is een hotel, camping of camperplaats in Wolvega de ideale uitvalsbasis. Dit centrum van het vierprovinciënland (Friesland, Overijssel, Drenthe en Flevoland) biedt liefhebbers van natuur, cultuur én de geschiedenis van Nederland gegarandeerd een onvergetelijke meerdaagse fiets- of wandelvakantie. De arrangementen staan op www.frieslandtravel.com en www.frieslandfietsvakanties.com, websites van Friesland Holland Travel Service, de reisorganisatie van het bureau voor toerisme van Fryslân.

Heerlijkheid
Het adellijke terrein is grotendeels eigendom van de familie Van Karnebeek, nazaten van jonkheer mr. Herman A. van Karnebeek, die onder andere minister van Buitenlandse Zaken van Nederland was van 1918 tot 1927. Een klein deel is van Staatsbosbeheer.
De Eese is rondom met palen met de tekst ‘Heerlijkheid De Eese’ begrensd. Je kunt er naar hartelust fietsen (ook mountainbiken), wandelen en paardrijden. De variatie in het terrein is groot en er zijn talrijke locaties om even stil te staan van de schoonheid van de natuur. Bezoek vooral de 26 meter hoge Woldberg, net als de Havelterberg een stuwwal uit de voorlaatste ijstijd, en beklim de daarop staande uitkijktoren die 24 meter hoog is (131 treden). Dit punt biedt een schitterend uitzicht op het zuiden van Friesland, De Eese en Steenwijk. De oude stad is ook zeer bezienswaardig, evenals het nabijgelegen Giethoorn in Nationaal Park Weerribben-Wieden, waar je een elektrobootje kunt huren voor een expeditie door het dorp en het omringende moerasland, ontstaan door de winning van turf, vroeger dé brandstof in Nederland.

UNESCO Werelderfgoed
Al fietsend kom je zonder het te merken terecht in de niet minder fraaie omgeving van Willemsoord (Overijssel), Frederiksoord, Wilhelminaoord (Drenthe) en Peperga, Steggerda, Vinkega en Noordwolde (Friesland). De drie eerstgenoemde plaatsen zijn, net als het noordelijker gelegen Veenhuizen in Drenthe, koloniën van Weldadigheid, voortgekomen uit activiteiten van de in 1817 opgerichte Maatschappij van Weldadigheid. In Museum Koloniehof in Frederiksoord wordt de zeer interessante geschiedenis uit de doeken gedaan.
In 2018, precies tweehonderd jaar na de oprichting van de eerste Kolonie, werd verwacht dat de zeven Nederlandse en Belgische Koloniën met hun typische cultuurlandschap samen Unesco Werelderfgoed zouden worden. De plaatsing op de Werelderfgoedlijst laat echter nog even op zich wachten. De eisen zijn namelijk zeer hoog. In Friesland staan het Ir. D.F. Woudagemaal in Lemmer en de Waddenzee op de lijst. Het voormalige eiland Schokland, in de Noordoostpolder in de provincie Flevoland, is ook UNESCO Werelderfgoed.
Om in aanmerking te komen als Werelderfgoed, moet een “site” aan een aantal voorwaarden voldoen. Het moet gaan om een monument, gebied of landschap met een uitzonderlijke cultuurhistorische of een natuurwaarde. De locatie moet een bijzondere, universele waarde hebben, en moet ook onvervangbaar en uniek zijn. Dat alles moet je bewijzen met een lijvig nominatiedossier. Het dossier van de Koloniën van Weldadigheid is in januari 2017 ingediend door het Nederlandse Rijk vanuit een internationale samenwerking tussen Nederland en België.

Cultuurhistorische Buitenplaats.
‘Heerlijkheid De Eese’ is een zeer afwisselend gebied met bos (ruim de helft: 440 hectare), lanen en heidevelden, monumentale gebouwen (o.a. een kasteeltje, een havezate) en landbouwgronden (360 hectare). Vanwege de bijzondere gebouwen en de karakteristieke lanenstructuur is de bebouwingskern van het landgoed, circa 80 hectare, officieel een Cultuurhistorische Buitenplaats.

Rendierjagers
De eerste bewoners van de streek De Eese en het dorp Eesveen waren rendierjagers uit het Mesolithicum. Het Mesolithicum (middensteentijd) is een aanduiding voor een cultuurperiode in Europa die begint na het aflopen van de laatste ijstijd ca. 10.500 v.Chr. en eindigt wanneer een samenleving overschakelt op landbouw en veeteelt en tal van nieuwe technologieën ontwikkelt of overneemt (Neolithicum).
Op De Eese vind je veel zwerfkeien uit de laatste ijstijd. 21.000 jaar geleden was het hier min 30 en woei het er hard. Er bevinden zich ook enkele grafheuvels van ca. 5.000 jaar geleden. Grafheuvels zijn prehistorische graven, net als de hunebedden in het naburige Havelte, maar dan zonder grote zwerfkeien. Op De Eese was ook een hunebed, maar die is in de 19-de eeuw helaas gesloopt. In de grafheuvels werden de doden zittend of hurkend met gebruiksvoorwerpen begraven.

Jagen, vissen en verzamelen waren de middelen van bestaan van de mensen in Mesolithische culturen, die doorgaans als rondtrekkende jager-verzamelaars leefden. Nederzettingen zijn zeldzaam en meestal tijdelijk. Toendra-achtige gebieden met bossen en uitgestrekte hoogvenen bepaalden destijds het landschap van De Eese.

Boeren
Vanaf zo’n 300 voor Christus gingen de mensen landbouw en later ook veeteelt bedrijven. Vanaf deze periode is al ontbossing bekend en beïnvloedde de mens het landschap, waarbij o.a. bosweiden ontstonden. Omstreeks 1400 werd de schapenhouderij geïntroduceerd en ontstond op de middelhoge zandgronden langzamerhand het heide-potstalsysteem. Heide was destijds een waardevol bezit omdat daar plaggen konden worden gestoken die vermengd met schapenmest uit de stal op de essen rond de dorpen werden gedeponeerd, waar de eerste grote boerderijen ontstonden. Pas met de introductie van kunstmest aan het einde van de 19e eeuw verloor de heide z’n waarde voor de landbouw.

Open boslandschap
Op de hogere delen van het landschap, waartoe ook een deel van de Eese behoort, waren tot de vroege Middeleeuwen rijke bossen met eik en linde aanwezig. Hier ontstond een open boslandschap, waar beweiding met vee plaatsvond.

Vanaf 1500 werden de bossen steeds meer geëxploiteerd en degradeerden zij naar een type bos met steeds meer eik, dat beter tegen begrazing bestand was en eikels leverden voor de varkens.

Door overexploitatie (begrazing en houtoogst) werden al heel vroeg in de geschiedenis wettelijke maatregelen genomen om bossen veilig te stellen.

Heerlijkheid De Eese
De eerste bewoning op de Eese was volgens oude geschriften aanwezig in de twaalfde of dertiende eeuw, maar daarover bestaat geen duidelijkheid. In 1241 wordt ridder Bernard van de Eeze in de geschriften genoemd. In 1371 werd de Eese (destijds de Eeze) als havezate, of havezathe, beschreven. Een havezate is een grote, meestal versterkte boerderij met land — ook wel hofstede, hof of hoeve genoemd —  in de graafschap Zutphen, Overijssel en Drenthe. In Overijssel, waartoe Steenwijk en De Eese behoren, waren wel 120 havezates, in Drenthe maar 18. Veelal was het bezitten van een havezate verbonden aan het lidmaatschap van een ridderschap. Vergelijkbare adellijke huizen zijn de stinzen en staten in Friesland en de borgen in Groningen.

‘Heerlijkheid Eese’ is rond 1400 uit een havezate voortgekomen. Deze ‘Heerlijkheid’ hield in dat men zelfstandig recht mocht spreken, los van het centrale gezag in Steenwijk. Dit recht of overheidsgezag had men in leen van de landvorst, de graaf of de hertog.

Later ging ‘Heerlijkheid’ ook het gebied aanduiden waarover het gezag zich uitstrekte. In 1443 kreeg de Heerlijkheid de Eese het recht een wapen te voeren. De Eese was toen een bescheiden gehucht, van een esachtig type met enkele huizen. Het nabijgelegen dorp Eesveen is vanuit de Eese gesticht doordat de boeren zich in de veertiende eeuw afscheiden van de Heerlijkheid.

Conflicten
In de 15-de, 16-de en 17-de eeuw waren er vele conflicten tussen boeren rondom De Eese en de vrouwe van de Eese. In 1621 ontstonden geschillen over turfwinning, destijds een belangrijke economische inkomstenbron aan de randen van De Eese. Pas in 1683 werden al deze geschillen opgelost.
De eigenaren van de Eese hadden met de ‘Heerlijkheid’ een bijzondere vorm van zelfbestuur, die voortduurde tot 1795. In de Franse periode (1795-1813) werd de staatsinrichting van de republiek der Nederlanden volledig veranderd en werden de ‘heerlijke rechten’ afgeschaft.

De huidige eigenaren
In 1923 werd de Eese gekocht door jonkheer mr. H.A. van Karnebeek, destijds minister van Buitenlandse Zaken. De toenmalige eigenaar, Onnes van Nijenrode, was een koffiehandelaar die in staat van faillissement verkeerde. Vanaf 1943 is het landgoed het bezit geworden van meerdere leden van de familie van Karnebeek. Thans zijn de aandelen in het bezit van de 4e generatie van de familie.

Exploitatie van het landgoed
Direct na de aankoop van De Eese werd door Herman A. van Karnebeek een landbouwbedrijf opgericht, ter exploitatie van het landgoed. De vorige eigenaar had er al een begin mee gemaakt. Aanvankelijk kleinschalig en beperkt tot de kern van de Eese. In 1923 was de strook langs de Westvierdeparten en het Nijenslekerveld nog heide. Het landbouwbedrijf werd in de loop der jaren langzamerhand uitgebreid, waarbij de heide (aanvankelijk nog handmatig) werd ontgonnen. Het Nijenslekerveld aan de Drentse zijde van de Eese werd pas in de jaren 1948-1950 voor de landbouw gereed gemaakt. Door de schaalvergroting van het landbouwbedrijf (in de jaren ’60 was reeds 270 ha landbouwgrond in gebruik) werd een economisch rendabel perspectief geboden. Met het oog op de continuïteit werd in 1994 de Exploitatiemaatschappij De Eese BV opgericht, die de landbouwgronden exploiteerde en die deze huurde van de kort daarna opgerichte Natuurschoonwet BV Landgoed Heerlijkheid de Eese. Door deze fiscaal-juridische constructie werd verdere eigendomssplitsing voor vererving na het overlijden van eigenaren voorkomen, waardoor De Eese duurzaam kon voortbestaan als familielandgoed.

Landbouwgrond wordt natuur
Vanwege onvoldoende toekomstperspectief in de akkerbouw, is in 2004 besloten om het akkerbouwbedrijf te beëindigen. In 2005 zijn de laatste machines verkocht en is men gestart met een heroriëntatie op de toekomst. In 2006 is in nauw overleg met de aandeelhouders een visie ontwikkeld voor een duurzame toekomst voor het landgoed, gericht op de creatie van een groot aaneengesloten natuurterrein door de omvorming van ca. 255 hectare landbouwgrond, grotendeels naar natuur.

De Eese telt vele goed gemarkeerde wandel- en fietspaden.

Kenmerkend voor landgoedpark De Eese, de Woldberg en de Koloniën van Weldadigheid: schitterende lanen.

Op De Eese vind je veel zwerfkeien uit de laatste ijstijd. 21.000 jaar geleden was het hier min 30 en woei het er hard.

Op de Woldberg bevindt zich een achttal grafheuvels van 2550 tot 1100 voor Chr. Grafheuvels zijn prehistorische graven, net als de hunebedden in het naburige Havelte, maar dan zonder grote zwerfkeien. In de grafheuvels werden de doden zittend of hurkend met gebruiksvoorwerpen begraven. Enkele grafgiften zijn bewaard gebleven dankzij onderzoek door de Groningse archeoloog A.E. van Giffen. Aan de noordkant van het grafveld was ook een hunebed, ca. 5400 jaar geleden opgetrokken door hunebedbouwers, de eerste boeren in de streek. Het werd in de 19-de eeuw helaas gesloopt.

Boerderij met koetshuis op landgoed De Eese en een houten woning, beide in de voor De Eese karakteristieke kleuren.

Ruiters welkom in de bossen ten noorden van Steenwijk.

De grens van De Eese is duidelijk gemarkeerd met in stijl geschilderde bordjes en hekken.

Museum De Koloniehof in Frederiksoord verzorgt begeleide rondritten in het bosgebied. Info: www.welkomtoenwelkomnu.nl/koloniehof/

Hout- en boomwallen scheiden de weilanden en akkerbouwpercelen.

De 24 meter hoge uitkijktoren op de 26 meter hoge Woldberg biedt een fantastisch uitzicht op Steenwijk, De Eese en het zuiden van Friesland.

De Woldberg, alsof het een oerbos is.

Het zacht glooiende Steenwijkerwold (De Woldberg en De Eese) is een in de voorlaatste ijstijd, 238.000 tot 126.000 jaar geleden, door een gletsjer gevormd gebied.

De Eese, de Woldberg, het land van de Maatschappij van Weldadigheid (de Koloniën) en de Friese Wouden met het Nationaal Park Drents-Friese Wold, vormen samen een van de mooiste fietsregio’s van Europa. Het hele gebied is speciaal ingericht voor veilig fietstoerisme.

Heerlijkheid De Eese, zo aaibaar als het Friese paard en zo fleurig als Madeira.

Steenwijk, een gezellige vestingstad.

Unique Cycling in Zuid-Friesland en Noordwest-Overijssel. Dat is buitengewoon veilig en comfortabel fietsen op unieke e-bikes en wel op exclusieve Alba Unique’s vol toptechniek van Shimano. Deze elektrische fietsen zijn eigendom van de reisorganisatie Friesland Holland Travel Service BV, een onderdeel van het bureau voor toerisme van Fryslân. Overnachten, ontbijten en dineren doet u in Van der Valk Exclusief in Wolvega, lid van de Friesland Holland hotelformatie. Unique Cycling-arragementen boek je rechtstreeks bij de samensteller en organisator op de websites www.frieslandtravel.com of www.frieslandfietsvakanties.com, beide van Friesland Holland:
A. 3 Dagen: https://frieslandtravel.com/nl/fietsen/e-bike-arrangementen/e-bike-pakketten/e-bike-experience-wolvega-giethoorn-3-dagen
B. 4 Dagen: https://www.frieslandfietsvakanties.com/product/4-daags-e-bike-test-arrangement/

Bronnen en meer info:
www.deeese.nl
www.kolonienvanweldadigheid.eu
www.welkomtoenwelkomnu.nl/koloniehof/
www.goudenfriesewouden.nl
www.np-drentsfriesewold.nl
www.np-weerribbenwieden.nl
https://www.staatsbosbeheer.nl/Natuurgebieden/steenwijkerwold

De Eese, Woldberg en Friese Wouden-arrangementen:
www.frieslandtravel.com
www.frieslandfietsvakanties.com

Friesland Holland Travel Guide & Tourist Atlas en kaart bestellen?
www.frieslandhollandwebshop.nl

Vakantiebestemming Friesland Holland (Best in Travel 2018 volgens Lonely Planet):
www.provinciefriesland.frl

Arrangementen van bureau voor toerisme van Fryslân:
www.frieslandtravel.com
www.frieslandfietsvakanties.com

Gratis abonnement op Fries Nieuws:
Kosteloos abonnement op wekelijkse nieuwsbrief over toerisme, recreatie en evenementen in Friesland: www.friesnieuws.nl/aanmelden-nieuwsbrief

 

Jachtverhuurder Westerdijk en Noblesse Cruiser in voormalig onderkomen van Rondvaardij Princenhof

Wieger en Sietske Westerdijk van eiland naar toplocatie op de wal

Hier, op de voormalige basis van rederij Princenhof in Earnewâld in Nationaal Park De Alde Feanen, direct naast hotel Princenhof, vestigt zich Westerdijk met zijn motorjachtverhuur en –verkoop. De foto is een archieffoto van Friesland Holland Nieuwsdienst.

EARNEWÂLD (NL) – De jachtverhuurders én bouwers Wieger en Sietske Westerdijk hebben hun vestiging aan het Sydsdjip in Earnewâld, het centrum van Nationaal Park De Âlde Feanen, verkocht. Ze verkassen van de alleen over water bereikbare werf met woning naar de overkant van de vaarweg Grou-Drachten, naar de voormalige basis van Rondvaardij Princenhof, pal naast hotel-restaurant Princenhof.

Het 1 oktober 2018 verworven vastgoed omvat een twee etages omvattend havengebouw met receptie, kantoren en berging, een haven voor bijna 20 motorjachten, een kassa- en informatiegebouwtje, een grote etagewoning met daaronder een bedrijfskeuken en een berging en parkeergelegenheid. Het geheel, ooit opgezet door reder Lex de Kamper en zijn echtgenote, verkeert in topstaat. Rondvaartbedrijf Princenhof, nu van Nynke de Vries en haar partner, verhuisde eerder naar het bedrijventerrein De Stripe, ook in Earnewâld. Daar hebben zij, bij een werf van de familie De Kamper, vier boten afgemeerd die voorheen deel uitmaakten van de vloot van reder Dirk Koomen. Die raakte in de financiële problemen en moest de haven aan de Piet Miedemaweg en de schepen afstoten. Nu zit Westerdijk op die unieke plek, een toplocatie waarop meerdere ondernemers en particulieren aasden. De overname van de voormalige Princenhof-basis verraste velen. Op het door de Westerdijken afgestoten eiland vestigt zich overigens weer een werf, klein van opzet, startend met één huurjacht.

Lees meer Jachtverhuurder Westerdijk en Noblesse Cruiser in voormalig onderkomen van Rondvaardij Princenhof

Jenny Douwes

Jenny Douwes

Ik heb half oktober 2018, na thuiskomst van een Friesland promotietour in Denemarken, een dikke stapel Leeuwarder Couranten gelezen. Gesodemieter in de provincie! Bij de Vikingen concentreerde ik me op de gebeurtenissen daar. In Friesland was Zwarte Piet elke dag hét thema, zo stelde ik na twaalf kranten vast.

De Gefion fontein in Kopenhagen.

In de rechtbank van Leeuwarden pro-Piet Jenny Douwes — door het Openbaar Ministerie beschuldigd van opruiing via Facebook (stelt helemaal niks voor met wat Geert Wilders en Thierry Baudet elke dag roepen) — Blokkeer-Friezen die een vrije doorgang willen voor Zwarte Piet, de anti-Piet Jerry Afriyie en advocaat Wim Anker, pro Jenny en anti Twan Huys. En een grote menigte pro-Pieten vóór het gerechtsgebouw die Jenny een hart onder de riem steken.

Lees meer Jenny Douwes